8
dagen in de wijde
wereld
We zijn nu acht dagen op pad en hebben vier plaatsen bezocht: Quito,
Otavalo, Tena en Banos. Het reizigersleven is even wennen, maar het wordt steeds
leuker.
Quito
We zijn de eerste vier dagen in Quito gebleven, de hoofdstad van Equador met 1,5 miljoen inwoners in het noorden van het land. Door het lekkere klimaat
is Quito een goede stad om te beginnen. Het verbaasde ons hoe schoon de
stad is en hoe rustig het verkeer. Met zoveel inwoners hadden we een drukke
stinkstad verwacht. Alleen tijdens de spits op de rondweg is het druk. We moesten de eerste dagen rustig aan doen
in verband met de hoogte. Quito ligt 2850
meter boven zeeniveau. Toen ik het vliegtuig uitstapte, was ik al meteen iets
kortademig. Gerben wist niet zeker of zijn benauwdheid door de hoogte
kwam of door de uit Nederland meegenomen verkoudheid. Na twee dagen was
het over.
Overdag waren we regelmatig in het park El Ejio te vinden, waar diverse balsporten worden
gespeeld, kunstenaars hun schilderijen aanbieden
en waar in het weekend een markt plaatsvindt. ´s Avonds speelden we
Yatzee of Mens-Erger-Je-Niet of waren we te vinden in een internetcafe.
Friezen ontmoet
Op onze eerste dag onmoetten we al Friezen. Het waren Ronald en Alfred
uit Lippenhuizen. Ronald zat in zijn Heerenveenshirt op het balkon van zijn
hotel. Natuurlijk sprak Gerben hem hierop aan: "Doe dat shirt uit!"
Ronald kwam toen naar beneden, waarna we in de tuin van het hotel wat hebben
gedronken en gekletst. Ronald en Alfred zijn al zeven maanden in Zuid-Amerika en gaan binnenkort naar de VS. Ze waren al drie weken in
Quito in afwachting van een nieuw paspoort. Na de derde beroving
kwijtgeraakt.
Dagbudget
Ons dagbudget van $35 is geen vetpot. Na ontbijt, avondeten, twee
flessen water en een overnachting is het al op. Dat vraagt dus om creatiever
handelen. We hebben nu alle tussendoortjes en toetjes afgeschaft, gaan
niet elke avond meer naar een cafe en kopen ons eten zo veel mogelijk zelf. Dit
blijkt een enorme besparing. Het is meestal wel een vegetarische hap,
omdat vlees op de markt al een paar uurtjes in de zon hangt. We overnachten dus
bij voorkeur in een hotel met keukenvoorziening. Het klinkt nu misschien alsof we alle pleziertjes vaarwel hebben
gezegd, maar dat is niet het geval, hoor. We bezuinigen vooral op de dagelijkse
uitgaven, waardoor we andere
extraatjes kunnen doen.
Markt in Otavalo
Op zaterdag hebben we een uitstapje gemaakt naar de markt in Otavalo,
een dorp 22 km ten noorden van Quito. Gedurende twee uren reden we met de bus
door prachtige landschappen met bergen, dalen en ravijnen. De bergen waren
afwisselend begroeid met bomen, met agaves en met keurig onderhouden
akkers. Aangekomen in Otavalo zagen we dat het hele dorp uit markt bestond. Op
zowel het plein als in de straten stonden kraampjes met sieraden, gekleurde
kleding en lappen, groenten en fruit en souveniers. De bevolking draagt zowel donker gekleurde klededracht als westerse
kleding. Er waren veel
toeristen die ongegeneerd mensen fotografeerden en filmden. Er was zelfs
een man die zijn camera met dertig cm lange microfoon vlak voor de mensen hun
gezicht hield.
Treinreis richting Tena
Op maandag hebben we ons boeltje gepakt om zuidwaards te gaan. We
wilden op het dak van de trein richting Tena gaan. Aangekomen op het station blijkt
de trein alleen op zaterdag en zondag te rijden. Op zondag maakt de trein een
rondje door de bergen; kostprijs $0,20, maar voor ´vreemdelingen´ $20,
aldus de prijslijst. Jammer, want het had ons een mooie ervaring geleken. Dan
maar de bus genomen.
Tena
Tena, gelegen aan de rand van de Amazone, viel ons een beetje tegen.
Aan weerszijden van een brede autoweg staan eethuisjes, hotels en bureaus die
jungletochten en dergelijke regelen. Wat wel mooi is, is de rivier die
dwars door het dorp loopt. De rivier is ongeveer vijfentwintig meter breed en
heeft een flinke stroming. In Tena ontmoetten we Kyran en Marieke, twee sympatieke Nederlanders die een reis van vier maanden
maken. Via hen
bereikte ons het nieuws over de moord op Pim Fortuyn. We spraken af een vierdaagse jungletocht te
maken, maar dat ging niet door. De gids ging
niet akkoord met de $40 dollar p/p per dag die wij ervoor wilden betalen,
i.p.v. $45 p/p per dag. Onderhandelingen leidden niet tot een overeenkomst.
Busrit naar Banos
De volgende dag hebben we de bus naar Banos genomen. De rit duurde zo´n
zes uur en was prachtig. We hebben een uurtje geslapen en verder naar buiten
gekeken. Om ons heen zagen we de meest prachtige (bloeiende) planten en
bomen: varens, fucsia´s, bromelia´s, bananenbomen en palmbomen. Op
sommige
stukken hadden we een mooi uitzicht op begroeide bergen, bomen met
kolibrie- en termietennesten en lelijke gieren. Op andere stukken uitzicht op
diepe ravijnen. Halverwege de rit kreeg de bus een lekke band. Dat was niet zo
verrassend, omdat de wegen vreselijk zijn. Ze bestaan uit grote keien en diepe
kuilen. Na circa twintig minuten was de band verwisseld. De
bijrijder waste zijn handen in een plasje water en we hobbelden weer
verder. Aangekomen in Banos waren Gerben en ik meteen gecharmeerd van het
plaatsje.
Banos
Banos ligt tussen bergen, aan de voet van de vulkaan Tungurahua, die
in 1999 nog een uitbarsting had. Hij is nogsteeds actief. Banos telt 20.000
inwoners en is vooral bekend om de vele watervallen en vulkanen. De gezellige
hoofdstraat doet mij denken aan een filmdecor uit een wildwestfilm. De gebouwen zijn niet zo groot en fleurig
gekleurd. Er zijn veel eethuisjes, bureaus voor jungletochten, raften en
mountainbiken. Het eerste hotel dat
we bekeken, vonden we meteen goed. Het bestaat uit drie verdiepingen, is in
een U-vorm gebouwd. Onze kamer biedt kamer op de patio en de bergen rondom het
dorp. Vanaf het gallerijtje kun je daar heerlijk naar kijken, al dan niet vanuit een
hangmat. De oude baas van het hotel zit in de binnentuin op een bankje. Af en toe mompelt hij wat in onverstaanbaar Spaans tegen zijn
´medewerkers´. Hij zit daar van ´s ochtends vroeg tot ´s avonds,
wanneer het hek dicht gaat. Op woensdag hebben we een steile klim gemaakt van 1
km naar het beeld van ´La Virgin del Agua Santa´. Vanaf onze hotelkamer kijken
we uit op het beeld en als ik die steile helling zie, ben ik best trots op
mezelf. Ook hebben we informatie ingewonnen over jungletochten. We weten
nog niet zeker of we het doen, omdat het niet typerend is voor Banos en we in
Brazilie en Suriname nog genoeg jungle tegenkomen. Low budget reizen is keuzes
maken! Verder hebben we lekker gelummeld en heerlijk Mexicaans gegeten. Het lekkerste eten tot nu toe, heeft de grootste gevolgen
gehad.
Na het eten gingen we een potje internetten en moesten al snel een plee op
zoeken. In gestrekte draf renden we allebei naar het toilet tegenover onze
hotelkamer. Daar barste de bom. Ik heb nog nooit in mijn leven zo´n harde
scheet gelaten. De oude baas heeft het vast gehoord... We blijven nog een paar dagen in Banos
hangen. Gaan nog watervallen bekijken en een stukje fietsen.
Zondag of maandag reizen we verder naar Cuenca, waar we ongeveer een week zullen
verblijven. Daarna zien we weer verder. Waarschijnlijk de grens
over naar Peru.
10
mei '02
|
|